In een uithoek van Toscane, dichtbij de grens met Umbrië en Le Marche, liggen twee stadjes waar je niet vaak over hoort of leest. Toch zijn Sansepolcro en Anghiari plekken die zeker een bezoek waard. Ook zijn hun namen verbonden met een mythisch werk van Leonardo da Vinci, waar al eeuwen veel over te doen is. We gaan eerst naar Sansepolcro en in een volgend artikel naar Anghiari en duiken dan ook in het raadsel van Da Vinci’s ‘onvindbare’ fresco.
Sansepolcro is een beschaafd, aardig stadje met alles erop en eraan: mooie straten en pleinen, fraaie kerken en palazzi en een indrukwekkend kasteel. Volgens de overlevering werd de plaats in de tiende eeuw gesticht door twee pelgrims die terugkeerden van een reis naar het Heilig Land. Zij richtten er een kapel op waarin relikwieën van het Heilig Graf werden ondergebracht en bouwden daarnaast een gastenverblijf voor bedevaartgangers. Zo kwam San Sepolcro (Heilig Graf) aan zijn naam. Niet veel later stichtten benedictijner monniken een klooster bij deze kapel, waarna zich daaromheen geleidelijk de kern van de huidige stad ontwikkelde.
Het middeleeuwse karakter van Sansepolcro is nog duidelijk af te lezen aan de torens die her en der in het stadsbeeld te zien zijn. Lang niet alle torens die de stad ooit telde, hebben de tand des tijds overleefd.
Het Fortezza werd, op de plek van een eerder door de Malatesta gebouwd kasteel, rond 1500 opgericht in opdracht van de Medici, toen Sansepolcro onder de heerschappij van Florence viel.
De religieuze cultusplaats bij uitstek is de dom, voluit Basilica concattedrale di San Giovanni Evangelista geheten. De oorsprong van de kerk gaat terug tot de al eerder aangestipte stichtingsgeschiedenis van San Sepolcro: het was namelijk de abdijkerk van het eerste klooster dat in de toen nog niet bestaande stad werd gebouwd. Deze ‘oerkerk’ werd ingewijd in 1049 en is daarna diverse keren herbouwd en uitgebreid, maar komt in zijn huidige vorm in grote lijnen overeen met de gedaante die de kerk in de dertiende eeuw kreeg.
Naast de dom is nog steeds een kloosteromgang gelegen. Al rondwandelend kun je er fresco’s bewonderen die het leven van Benedictus verbeelden. De schilderingen dateren van rond 1500, de maker is niet bekend.
Ook in de kerk zelf tref je diverse kunstschatten aan. Na de overzichtsfoto van het interieur zie je hieronder een Ascensione (ook Pala di Sansepolcro geheten) van niemand minder dan Perugino, een fresco van Bartolomeo della Gatta, een Misterio del Rosario (Geheim van de Rozenkrans), een veelluik van Niccolò di Segna en – heel bijzonder – een gekruisigde Christus, de zogeheten Volto Santo di Sansepolcro, die dateert uit de achtste of negende eeuw.
De grootste schat die de dom ooit herbergde is er niet meer: de Doop van Christus, een fantastisch werk van Piero della Francesca. Het schilderij werd in de negentiende eeuw verkocht aan de National Gallery in Londen en hangt daar nog steeds. Hoe zoiets mogelijk is, heb ik niet kunnen achterhalen. Een pastoor die dacht: ‘Kom, laat ik eens een schilderijtje verpatsen’?
Ik laat hier, wees gerust, niet alle kerken van Sansepolcro de revue passeren, maar één opvallend exemplaar waar ik min of meer toevallig naar binnen liep wil ik nog even noemen: de kerk van San Rocco. Afgezien van een fraai houten altaar is dit in de zestiende eeuw door de Compagnia del Crocifisso gestichte kerkje niet zo heel bijzonder, maar het wordt interessanter als je de trap naar beneden neemt, die je bij het Oratorio della Compagnia del Crocifisso brengt. Deze donkere bidkapel bestaat uit een gewelfde zaal waarvan de lange wanden aan weerszijden zijn voorzien van lunetten (half cirkelvormige schilderingen) met scènes uit het leven van Christus. Ik trof er ook deze merkwaardige ‘handkar’ aan met daarop een houten beeltenis van een liggende, gestorven Christus. Geen idee waar dit voor dient. Misschien werd het vroeger meegevoerd in processies?
In een aparte ruimte van het Oratorio tref je een op kleinere schaal uitgevoerde stenen replica aan van het Heilig Graf.
Overigens: de kerk van San Rocco en het Oratorio worden tegenwoordig beheerd door de Confraternità di Misericordia di Sansepolcro, een broederschap dat is opgericht in 1338. Hoe bestaat het, denk ik dan, een vereniging die al bijna zevenhonderd jaar oud is.
Eerder liet ik de naam vallen van Piero della Francesca. Deze man, zonder twijfel een van de meest begenadigde schilders van de Italiaanse Renaissance, is de trots van Sansepolcro: hij werd er geboren en stierf er. In het Museo Civico, niet ver van de dom, kun je enkele werken van hem bewonderen. Helaas slechts een paar, want het toch al niet heel omvangrijke oeuvre van Della Francesca is over de hele wereld verspreid geraakt. Toch geeft het een speciaal gevoel om juist hier, in de plaats waar hij het grootste deel van zijn leven doorbracht, werk van hem te bekijken. En dat geldt ook voor het nabijgelegen, piepkleine stadje Monterchi, dat in een al even piepklein museum onderdak biedt aan slechts één kunstwerk, namelijk Della Francesca’s Madonna del Parto. Ik schreef daar al eerder over.
Wil je de kunstenaar vol zien uitpakken, ga dan naar de Basilica di San Francesco in Arezzo, waar je je kunt vergapen aan de weergaloze frescocyclus van de Legende van het Ware Kruis. Kijk er hier naar in dit mooi geïllustreerde artikel op Ciao tutti.
Volgende keer kijken we rond in Anghiari en speuren we ook naar het mysterieuze schilderij van Leonardo da Vinci.
fotocredits:
foto's 27, 29, 32: Sailko, Wikimedia
foto 28, 33, 36: publiek domein, Wikimedia
alle overige foto's: eigen werk
Spannend!